Skip Navigation LinksNieuws

Nieuws
6 juli 2023
Veel welwillendheid om op te schalen en snel te verduurzamen
De CO2-uitstoot moet direct omlaag, met een duidelijk tijdspad waaraan bouwers hun inspanningen kunnen ophangen. Vinden de aanwezigen van de platformbijeenkomst van het Lente-akkoord.

Om niet verder weg te zakken in de wooncrisis en een bouwstop te vermijden wegens overschrijding van het CO2-budget voor de bouw, moet nú actie ondernomen worden. De uitstoot moet direct omlaag, met een duidelijk tijdspad waaraan bouwers hun inspanningen kunnen ophangen. Dat was het sentiment onder de aanwezigen bij de derde platformbijeenkomst van het Lente-akkoord. Dit verduurzamingsprogramma is sinds een jaar bezig om een duidelijke stip op de horizon te zetten voor circulaire industriële bouw, en daar handen en voeten aan te geven.   

Dat er onder bouwpartijen bereidheid is om hierin het voortouw te nemen, blijkt tijdens de plenaire opening van het programma. Ronald Huikeshoven, directeur van AM en voorzitter van de stuurgroep van het Lente-akkoord, stelt: "De relatie tussen publieke en private partijen is essentieel om de stip op de horizon te bereiken." De stuurgroep vertegenwoordigt 30 koplopers uit de bouwsector: marktpartijen maar ook corporaties en gemeentes. Zij zijn hard bezig om hun duurzame ambities op te schalen en te versnellen. Huikeshoven: "deze partijen zien dat snelle CO2-reductie noodzakelijk is om Paris Proof te bouwen, dat wil zeggen onder die anderhalve graad opwarming van de aarde te blijven." 

Het belang van samenwerking
 
Dat snelle reductie mogelijk is, beaamt Geurt Donze, directeur van W/E adviseurs. Donze is betrokken bij diverse onderzoeken van het Lente-akkoord op het vlak van MPG (MilieuPrestatie Gebouwen) en GWP (Global Warming Potential). Voor deze onderzoeken zijn verschillende woningbouwprojecten van Lente-akkoord-koplopers doorgerekend. "De uitstootberekeningen van deze projecten laten zien dat we niet hoeven te wachten tot 2030. Er is al veel mogelijk. Met de nodige inspanningen kan Paris Proof worden gebouwd." 

Ferdi Licher, directeur Bouwen en Energie bij ministerie BZK voegt hieraan toe: "Het is belangrijk dat een substantiële groep koplopers laat zien dat het kan. Dat is de basis voor draagvlak onder de wetgeving. De overheid heeft tijd nodig om uiteindelijk goede sturing te kunnen geven." 

De afspraken van het Klimaatakkoord van Parijs uit 2016, waarin 55 procent reductie in 2030 is vastgelegd, dienen als leidraad. Hoewel we nu halverwege de gestelde termijn zijn, zijn we nog niet halverwege de reductie. Als sector moeten we ons inspannen om onze lange termijn doelen beter te formuleren en ons bewust te zijn van de grenzen van onze planeet bij het bouwen. Wanneer directeur van Synchroon, Henri van Dam, het podium betreedt vult hij aan: "Ons bedrijf wil bouwen binnen de planetaire grenzen. We kijken daarbij naar de zeven grenzen die kritiek zijn. We streven ernaar een positieve impact te hebben op al deze gebieden, zoals vermeld in ons klimaatplan. Maar we hebben ervoor gekozen om CO2-reductie centraal te stellen. We hebben scherp gekeken wat hierin haalbaar is. Onze conclusie: Paris Proof bouwen kan, maar alleen als de hele bouwketen meewerkt."  

Stip op de horizon
 
In de zoektocht naar opschaling heeft de stuurgroep de inzichten van diverse werkgroepen geëvalueerd. Huikeshoven: "Uiteindelijk hebben we besloten om twee ambities te formuleren als stip op de horizon. Ten eerste streven we naar verbetering van de werkwijze van de MPG. Ten tweede willen we ons specifiek richten op CO2-reductie op de korte termijn, want als we niet snel onze uitstoot terugbrengen, dan komt Paris Proof buiten bereik." 

Om richting te kunnen geven aan de inspanningen van het Lente-akkoord, is afgelopen jaar de CO2-barometer ontwikkeld. Deze meet vanaf 2021 de gemiddelde uitstoot per vierkante meter door nieuwbouw van woningen. Uit de metingen blijkt dat de sector nog flinke stappen moet zetten om te voldoen aan de Paris Proof norm. In de afgelopen jaren bedroeg de CO2-uitstoot van nieuwbouwwoningen tussen de 300 tot 400 kilogram per vierkante meter, afhankelijk van het woningtype. Om te voldoen aan de Paris Proof-norm  van 200 kg/m2 zal de sector wezenlijk anders moeten gaan bouwen, onder andere door aan de slag te gaan met houtbouw, nieuwe productiemethodes en innovatieve materialen met goede milieuprestaties.

Huikeshoven vervolgt: "Anderhalf jaar geleden waren vooral de koplopers enthousiast, maar we zien dat steeds meer bedrijven vooruitgang willen boeken. Daarvoor is samenwerking met het ministerie van BZK van groot belang. Om ambitieuze doelen te bereiken, hebben we regelgeving nodig. Het feit dat BZK deelneemt aan de stuurgroep leidt tot waardevolle discussies die ons helpen deze stip op de horizon te verwezenlijken".  

Centraal stellen van CO2 en Natuurinclusiviteit
 
Het ministerie werkt nauw samen met marktpartijen om de transitie naar circulaire bouw te bevorderen. Eind 2022 scheef minister Hugo de Jonge een brief naar de tweede kamer waarin hij aankondigde rond de zomer van 2023 met een plan te komen hoe circulaire doelstellingen gaan landen in wet- en regelgeving. Licher gaf tijdens de platformbijeenkomst een update. "In de komende brief wordt de toekomstvisie van het ministerie gepresenteerd. Onze ambitieuze minister Hugo de Jonge is ervan overtuigd dat we niet alleen 900.000 woningen kunnen bouwen, maar dat we dit ook efficiënter en sneller kunnen doen. Tegelijkertijd hecht hij veel waarde aan klimaatadaptatie en biodiversiteit. We moeten deze doelen op een zorgvuldige en toekomstbestendige manier nastreven", vertelt Licher. 

"Wat verduurzaming van nieuwbouw betreft, zien we met name een uitdaging in het gebruik van materialen. De sector moet echt een inhaalslag maken op dit gebied. Om tegelijkertijd te kunnen versnellen, streeft dit kabinet ernaar om lokale variatie te verminderen en standaardisatie mogelijk te maken."

Met de lokale variatie doelt Licher op de veelheid aan duurzaamheidseisen die door gemeentes en regio's worden voorgeschreven bij nieuwbouwprojecten. Om dit te ondervangen, moeten volgens Licher de wettelijke eisen omhoog. "Zodat de lokale plussen bovenop bestaande wetgeving in heel veel situaties niet meer nodig zijn. Het wettelijke ambitieniveau is dan immers al minstens net zo hoog." Licher kondigt aan dat het traject van versnelde aanscherping van de MPG naar 0,5 in 2025, wat al een tijd boven de markt hangt, er dan ook daadwerkelijk gaat komen. Volgens Licher blijkt uit onderzoeken dat dat voor de woningbouw gewoon kan zonder het bouwtempo te vertragen. De extra kosten die daarmee gemoeid zijn, zijn volgens Licher niet onoverkomelijk. "Er zijn nog wel wat uitwerkingsvraagstukken, maar we gaan het gewoon doen."

Terwijl het aanscherpen van de MPG door Licher wordt betiteld als "wat we nu doen, gewoon een beetje beter doen", verwijst hij naar de transitie richting biobased bouwen als een echte systeemtransitie. En terecht, want het vraagt om een geheel nieuwe wijze van samenwerken tussen boeren en bouwers: met nieuwe verdienmodellen, nieuwe productieketens en nieuwe manieren van verbouwen en bouwen. Om dat in goede banen te leiden, is 200 miljoen euro gereserveerd. Met een deel van dat bedrag worden onder andere 25 ketens opgezet voor de productie van biobased bouwmaterialen. Doel is om samen met boeren, verwerkers en bouwers binnen enkele jaren op te schalen naar 50.000 hectare.

Tijdens de bijeenkomst bleek hoe hoog de roep om sturing op CO2-reductie is. Als de overheid achterblijft, moet de markt zelf maar met een hoge eis komen, opperde iemand uit het publiek. Met de laatste schrijfdagen voor de kabinetsbrief voor de boeg is alles nog mogelijk. 

https://intern.neprom.nl/Nieuwsafbeeldingen/lente%20akkoord%20plat.jpg, https://intern.neprom.nl/Nieuwsafbeeldingen/lente%20akkoord%20plat.jpg

Tags